De componist Louis Andriessen is afgelopen donderdag overleden. Dat heeft zijn echtgenote bevestigd aan het ANP, na een bericht in de Volkskrant. Hij is 82 jaar geworden. Hij overleed in Weesp, waar hij in een gemeenschap woonde voor mensen met dementie. Hij improviseerde daar nog veel op de piano, maar zijn laatste compositie dateert van 2019. Dat is May, voor koor en orkest, op fragmenten uit het gedicht Mei van Herman Gorter. Het Orkest van de Achttiende Eeuw en Cappella Amsterdam voerden het uit.
Andriessen kreeg in 2019 een eredoctoraat van de Universiteit van Amsterdam omdat zijn werk zo vernieuwend was. “Hij is een van de grondleggers van de Haagse School, een avantgardistische en minimalistische stroming uit de tweede helft van de vorige eeuw. Ook was hij eind jaren zestig een van de initiatiefnemers van Aktie Notenkraker, waarin een groep Nederlandse componisten zich sterk maakte voor nieuwe muziek”, prees de universiteit de musicus, die volgens zijn vrouw vaak zei: “Het gaat niet om mij, maar om de noten.”
Andriessen was onder meer bijzonder hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Nijmegen en hoogleraar aan de Universiteit Leiden. De wetenschappers die Andriessen hadden voorgedragen voor deze functies noemden zijn werk en de rol van de componist eminent, essentieel en een inspiratie voor velen. Hij had veel leerlingen.
Zijn werk vindt erkenning in binnen- en buitenland. De New York Philharmonic bijvoorbeeld zette de al veel gelauwerde Nederlandse componist nog niet zo lang geleden in het zonnetje met het festival The Art of Andriessen.